Stal, Jaspersen en Hubertus

Het schilderij ‘Haven met wachthuis’ van Jan Hubertus laat de nog niet gedempte haven van Geertruidenberg in het begin van de jaren 1950 zien. Dit schilderij maakte hij in opdracht van de Nederlandse regering. Het werd later door de gemeente Geertruidenberg aangekocht. Thans bevindt het zich in Museum De Roos.
Bron: Museum De Roos, Geertruidenberg.

In de eerste helft van de twintigste eeuw woonden en werkten drie kunstschilders in Geertruidenberg: Jacq Stal (1891-1977), Jo Jaspers (1898-1987) en Jan Hubertus (1920-1995). Hoewel Jan Hubertus nog een kind was toen Jacq Stal en Jo Jaspers in Geertruidenberg werkten, vonden de drie elkaar tijdens de oorlogsjaren. Ze maakten linosnedes over hetgeen in Geertruidenberg voorviel, met name in 1944, en verzamelden de afdrukken in een map. Deze map boden ze na de oorlog aan aan koningin Wilhelmina, Winston Churchill en president Roosevelt. In 1941 namen de drie deel aan een tentoonstelling van Brabantse kunstenaars in het Van Abbemuseum in Eindhoven. Over hun werk werd geschreven: “Er is met ijver gewerkt en de schilderijen zijn van een goed peil, waaruit vakmanschap en liefde voor het metier spreekt”. Een andere recensent kan het werk van Stal minder waarderen (“koud, grauw en zielloze kleuren”) dan dat van Jaspers (“verdienstelijk”).
Van de drie kunstenaars is Jacq Stal de enige die in Geertruidenberg geboren was (1891). Als jongen bezocht hij in Geertruidenberg de tekenschool. Daarna ging hij naar de Tekenacademie in Antwerpen. Zijn schilderijen vonden hun weg naar diverse tentoonstellingen in binnen- en buitenland. Aanvankelijk schilderde hij in lichte tinten, maar gaandeweg werd zijn werk donkerder, vooral in de crisisjaren en tijdens de oorlog. In 1949 verliet Stal zijn geboorteplaats en verhuisde naar Nijmegen, waar hij in 1977 overleed.
Jo Jaspers kwam in 1928 naar Geertruidenberg. Hij was huisarts en leerde zichzelf tekenen en schilderen, hetgeen hij zo goed deed dat hij lid kon worden van drie kunstenaarsverenigingen en kunstkringen. Ook zijn werk werd nationaal en internationaal tentoongesteld. Aanvankelijk schilderde Jaspers in de stijl van de Haagse School, maar later werden zijn schilderijen impressionistischer met vlugge toetsen in levendige kleuren.
Jan Hubertus woonde van 1931 tot 1958 in Geertruidenberg. Al op jonge leeftijd toonde hij zijn talent op gebied van tekenen en schilderen. Toen hij in 1936 zestien jaar was, werd zijn ontwerp voor een monument naar aanleiding van het koperen ambtsjubileum van burgemeester Bianchi als beste gekozen en uitgevoerd. Dit monument staat nog steeds in het parkje bij het Wilhelminaplein. Hubertus had zijn atelier in het vroegere weeshuis aan de Markt. Hij schilderde en etste dieren, landschappen, stadsgezichten en stillevens. Na zijn vertrek uit Geertruidenberg veranderde zijn stijl: hij ging in toenemende mate abstract werken.
In 1938 schreef men in De Tijd naar aanleiding van een tentoonstelling in Geertruidenberg over het werk van de drie kunstenaars: “Zoo blijkt ook de moderne kunst te zijn doorgedrongen tot het vredige, sluimerende stadje”.