Bewogen periode

Vluchtende kartuizermonniken in 1572. De geuzen plunderden het klooster en joegen op alles wat ‘paaps’ was. De kartuizers vluchtten naar de stad waar ze onderdak vinden in het klooster Sint-Catharinadaal. Een jaar later namen de geuzen de stad in en moesten de kloosterlingen opnieuw vluchten. Nu naar Breda. Detail van een ets van A. Nicolai, Antwerpen.
Bron: Rijksprentenkabinet, Amsterdam.

Een chronologisch overzicht van de gebeurtenissen in Geertruidenberg.

1568 De goederen van Willem van Oranje (waaronder Geertruidenberg) worden door Filips II verbeurd verklaard naar aanleiding van een vonnis van de Raad van Beroerten. De bezittingen vervallen aan de Spaanse koning.
1572 Het kartuizerklooster wordt door geuzen vernield en verbrand.
1573 De geuzen onder leiding van Poyet doen een schijnaanval bij de Havenpoort en nemen Geertruidenberg vervolgens via de Koepoort in.De katholieke priesters worden verjaagd, gevangen genomen of gedood. De kloosterlingen van Sint-Catharinadaal worden verdreven. De kerk wordt door de calvinisten in bezit genomen die alles vernielen wat aan de katholieke eredienst herinnert. De door Willem van Oranje aangestelde gouverneur van Geertruidenberg, Jeronimus Tseeraarts, wil de plunderingen verhinderen, maar wordt hierbij gedood.
1573 Eerste protestantse godsdienstoefening in de Geertruidskerk onder leiding van predikant Hubertus Corneli Walsburgh.
1575 Dominee Walsburgh is overleden aan de pest. Hij wordt opgevolgd door Levinus van den Borre.
1576 Willem van Oranje laat een begin maken met het omwallen van de stad en het gedeeltelijk afbreken van de stadsmuur. Een beraamde aanslag op Geertruidenberg door Spaanse troepen wordt afgeslagen.
1577 Onderhandelingen tussen koningsgezinden (Spaans) en opstandelingen (waaronder Willem van Oranje en Marnix van St. Allegonde) om tot vrede te komen. De bijeenkomst vindt plaats in Geertruidenberg. De onderhandelingen worden zonder resultaat afgebroken.
1582 De Staten van Holland bevelen het stadsbestuur om met kracht fortificaties in orde te brengen en de ingezetenen van de zes dorpen in de Langstraat (Raamsdonk, Waspik, ’s Gravenmoer, Capelle, Sprang en Besoijen), van Hooge en Lage Zwaluwe, van Drimmelen en Standhazen en van Made te dwingen hieraan te werken. Doen ze dit niet dan zal hen gedurende een half jaar alle financiële middelen worden onthouden.
1587 De door het Staatse leger gevangen genomen katholieken worden naar Geertruidenberg gevoerd en daar gevangen gezet. Onder de gevangenen bevinden zich de pastoor en de schout van Oirschot. Tegen betaling van losgeld kunnen ze vrijgelaten worden, maar er komt geen reactie vanuit Oirschot op het voorstel. Voor de schout wordt uiteindelijk betaald. Het is niet duidelijk of de pastoor ook is vrijgelaten of dat hij in de gevangenis is gestorven.
1588 Ongeveer vierhonderd ruiters van de garnizoenen van Heusden en Geertruidenberg, ieder met een voetknecht achter zich op het paard, vertrekken naar Tilburg waar zij succesvol strijd leveren tegen het Spaanse leger. Ze keren met buit beladen terug.
1589 Geertruidenberg wordt ingenomen door Spaanse troepen.
1590 Een deel van de kloosterlingen keert terug naar de stad. Er wordt weer een katholieke mis opgedragen in de Geertruidskerk. De processie op Sacramentsdag vindt plaats en het Lieve-Vrouwe-Lichtmisspel wordt gespeeld als voorheen.De Spaanse soldaten maken zich zowel in de stad als daarbuiten (Raamsdonk) schuldig aan gruwelijke mishandelingen.
1591 De gouverneur van Geertruidenberg, Lanchianiezo, belooft op te treden tegen beroving door troepen. Hij geeft de inwoners van de dorpen in de Langstraat permissie om graan van elders te halen.
1593 Prins Maurits verschijnt met 67 vendels (bijna 12.000 soldaten) in Made (een paar honderd inwoners). Hij verovert vervolgens de schans bij Steelhoven. Vanaf zowel de linker- als rechteroever van de Donge laat hij loopgraven maken om van daaruit Geertruidenberg te beschieten.In Geertruidenberg haalt men het lood van het kerkgebouw en van andere gebouwen van hiervan kogels te gieten.De troepen van prins Maurits veroveren de stad. Zij laten ieder die dit wil vrij vertrekken. De prins stelt boten en wagens ter beschikking om gewonde Spaanse soldaten naar Antwerpen te vervoeren.De Geertruidskerk wordt weer protestant en het hoogaltaar op het priesterkoor wordt afgebroken. De in de stad aanwezige religieuzen verlaten de stad. Hun goederen vervallen (deels) aan prins Maurits, maar hij belooft gedurende de rest van hun leven alimentatie te betalen.
Inwoners van de stad worden gemaand verborgen wapens in te leveren.
Raamsdonk, Waspik en Made ontvangen vergoeding voor geleden schade tijdens het beleg van Geertruidenberg.
1597 Poging door Albert van Oostenrijk (aartshertog van de Zuidelijke Nederlanden) om Geertruidenberg in te nemen. De aanslag mislukt.
1600 Troepen onder leiding van François de Provence, een edelman uit Brussel, trachten Geertruidenberg weer onder Spaans/Oostenrijks gezag te brengen, hetgeen mislukt. François de Provence wordt gevangen genomen en vervolgens op de Bergse Markt onthoofd en gevierendeeld.
1609 Frederik-Hendrik en zijn vrouw arriveren in Geertruidenberg, nadat bij het sluiten van het Twaalfjarig Bestand de stad met de rechten op de visserij aan hem zijn toegewezen.
1621 Het aantal katholieken dat vanuit Geertruidenberg en omstreken naar Oosterhout ter kerke gaat, is zo groot dat het Hof van Spanje in Brussel hen een vrijgeleide verschaft om daar veilig aan te komen.
1627 Katholieke inwoners van Geertruidenberg mogen niet meer naar Oosterhout om daar de katholieke eredienst bij te wonen.
1632 De inwoners van Geertruidenberg moeten zich voorbereiden op inundatie van het land rond te stad in verband met de komst van Spaanse troepen. De verwachte aanval blijft uit.
1633 Het land rond de stad wordt wederom onder water gezet, omdat de vijand nadert.
1645 Geertruidenberg krijgt een ‘missionaris-pastoor’.
1648 Vrede van Munster. De Republiek der Nederlanden wordt erkend als soevereine staat.